Typisch Nederlands

In 1998 publiceerde het dagblad Trouw een Klein woordenboek van de Nederlandse identiteit met onder meer een alfabetische bloemlezing van typisch Nederlandse zaken.

1. abortusregeling
   
2. Afsluitdijk
   
3. beschuit met muisjes
   
4. boerenkool
   
5. bruine boterhammen met kaas
   
6. caravans
   
7. chocomel
   
8. coffeeshops
   
9. Deltawerken
   
10. draaiorgels
    
11. drop
    
12. drugsbeleid
    
13. eengezinswoning
    
14. Efteling
    
15. Elfstedentocht
    
16. erwtensoep (snert)
    
17. euthanasie
    
18. fietsen
    
19. gedoogzones
    
20. glas-, gft-, en papierbakken
    
21. Gouden Koets
    
22. hagelslag
    
23. haring
    
24. homohuwelijk
    
25. klompen
    
26. korfbal
    
27. koek en zopie
    
28. koninginnen
    
29. Koninginnedag
    
30. kraken
    
31. kroket
    
32. Madurodam
    
33. nasibal
    
34. onder de zeespiegel
    
35. open gordijnen
    
36. overal Blokker-winkels
    
37. prinsjesdag
    
38. regenjas
    
39. schaatsen
    
40. Schiphol
    
41. seksshops
    
42. Sinterklaas
    
43. spuitenruil
    
44. stampot
    
45. tulpen
    
46. weed
    
47. Wilhelmus
    
48. woongroepen
    

Bron: Klein woordenboek van de Nederlandse identiteit, Trouw, Amsterdam, 1998.